Ga naar de inhoud

Power - Amsterdam 2019

Wat gebeurde er in het kampeercentrum in Appelscha – Verslag “Machtsposities en machtsmisbruik binnen de beweging”

Hoe ga je om met machtsposities en -misbruik binnen de eigen beweging? En hoe voorkom je dat het zo ver komt? Een verkenning adhv de gebeurtenissen op het Kampeerterrein tot Vrijheidsbezinning in Appelscha met Peter Polder en Lyzanne

Peter Polder hield een algemene inleiding over het begrip macht: Machtsmisbruik komt ook binnen de anarchistische beweging voor. Bij een rondvraag onder de deelnemers van de workshop krijgen we wel negatieve kwalificaties van macht als antwoord (onderdrukking, geweld, niet delen van kennis, privilege. etc). Slechts één positief antwoord is gegeven: macht kun je uitoefenen om macht tegen te gaan.

Macht is een containerbegrip en hoeft niet monolithisch als iets negatief te worden opgevat. Macht bestaat er namelijk altijd en is niet altijd eenzijdig. Macht is er niet alleen om bestreden te worden maar ook om te worden gedeeld.  Er zijn verschillende facetten van macht, naargelang men er voorzetsels aan verbindt:

  • Macht over:  beschikking over iets of iemand, kan leiden tot slachtoffers.
  • Macht met: gevolg van samenwerking, leidt tot gedeelde macht
  • Macht om te: als middel om een doel te bereiken – Innerlijke macht: individuele macht door kennis of inzicht, onkwetsbaarheid.
  • Empowerment, gedefinieerd aks macht die wordt overgedragen. Vanuit de zaal wordt toegevoerd dat het een facet is van het Nederlandse begrip emancipatie: het is een machtsvorming die de balans herstelt. 

Machtsvorming is dus ook het middel om van een bestaande situatie los te komen, maar dan in groeps- of klasseverband vanuit een consensus. Om bepaalde machtssituaties te vermijden kan men spelregels instellen. Dan kan men spreken over machtsposities. Vaak is spreken over macht een taboe. Dan ontstaan er informele machtsposities die niet besproken worden en als die  in de praktijk ongewenst blijken te zijn ook niet erkend. Een dergelijke situatie komt soms in woongroepen voor en ook in Appelscha heeft het uitblijven van inzicht tot escalaties geleid.

Daarna gaf Lyzanne een verslag over het kampeercentrum : Het kampeercentrum aldaar was eigendom van een Stichting tot Vrijheidsbezinning, dat in 1933 een aardappelveld heeft aangekocht om daarvan een terrein te maken voor het houden van pinkstermobilisaties tegen de staat en het militarisme. Dit terrein heeft de oorlog overleefd. Vanaf 1975 was deze stichting een eigenstandige organisatie die zonder leden zichzelf bestuurt en door coöptatie wordt aangevuld. De cultuur van de stichting is die van de oude oprichters, waarvan enkelen vanaf 1960 caravans op het terrein hadden geplaatst. Zij waren leden van de Federatie van Vrije Socialisten, meestal het Noordelijk Gewest, dat een blijvende band met de stichting had, en ook lange tijd de Pinksterlanddagen organiseerde. Vanaf het vijftigjarig jubileum van het kampeerterrein in 1983 kregen de Pinksterlanddagen een brede organisatie met initiatieven vanuit de gehele landelijke anarchistische beweging, met de daarbij behorende autonome cultuuropvattingen die onder meer in de kraakbeweging waren ontstaan. Toen in het nieuwe millennium het Noordelijk Gewest werd opgeheven en ook andere plaatselijke groepen een staanplaats in Appelscha kregen, ontstonden er verschillen in cultuuropvattingen.

De besluitvorming over het bestuur van het terrein en over de organisatie van de Pinksterlanddagen kwamen in toenemende mate bij kampeerders en de roulerende organisatiecomités van de Pinksterlanddagen te berusten. Het Pl-Comité zag zich als exponent van een landelijke anarchistische beweging, en de dwarsverbanden als de Vrije Bond, No Borders en 2Dh5, die alle daarbij behorende culturen als achterban beschouwde. Kampeerders zagen zich als de beheerders van het terrein, dat zij – op basis van begrotingen van de stichting – grotendeels zelf in stand hielden. Er ontstonden fricties doordat de organisatoren van de PL geconfronteerd werden met weigeringen door de stichting van een uitnodiging van Amerikanen op de PL wegens de vliegkosten en latere ingrepen in de begroting. Ook kampeerders wilden meer inzicht op het financiële beheer en de controle daarvan: de stichting kocht een speeltoestel aan zonder voorkennis van kampeerders en op het punt van belastingen bleken kampeerders beter geïnformeerd dan de stichting. De kampeerders vorderden meer zeggenschap en stekte de beslissingsbevoegdheid van de kampeerdersvergadering centraal. Het stichtingsbestuur keerde zich daartegen. In 2017 werd een structuurgroep gevormd als overleg tussen stichting en kampeerders die tot voorstellen kwam voor een oplossing. Maar deze werden in 2018 niet bekrachtigd omdat de stichting het kampeerterrein tot gesloten verklaarde en de Pinksterlanddagen afgelastte onder dreiging van mogelijk politieoptreden. Daarop bezetten kampeerders het terrein, herstelden gas, licht en water en konden de Pinksterlanddagen alsnog plaats vinden. Tegenover de juridische macht van de stichting stond de organisatorische macht van kampeerders, die voorlopig  het recht hadden op verblijf. Men was op weg naar een nieuwe mediatie of arbitrage toen de stichting op 28 september meedeelde dat zij het terrein voor €100,000,- te koop aanbood aan de eerst biedende op voorwaarde dat vóór 15 oktober het bod zou worden aanvaard. Daarna zou het via een makelaar op de markt worden gebracht..  

Een kampeerder is op het aanbod ingegaan en heeft het terrein gekocht met de bedoeling het dit jaar over de dragen aan kampeerders. Daarmee is het conflict geschiedenis geworden en de macht gebroken. Kampeerders hebben een vereniging gevormd om de koop over te nemen; dat zij de mogelijkheid  hebben het terrein te beheren is het afgelopen jaar bewezen. Zij zullen het terrein open stellen voor de gehele beweging. Zij zullen het terrein herinrichten met zonnepanelen en ECO-toiletten.

De discussie ging over de vraag hoe machtsmisbruik in de toekomst tegen te gaan. Maar in werkelijkheid sprak er vooral blijdschap dat het terrein gered is en de zaak nu voorbij is. Wel is de vrijheid van de vereniging aan allerlei wettelijke regels en procedures gebonden. Men probeert een structuur op te zetten waardoor zoveel mogelijk mensen van buitenaf toegang tot het terrein hebben. Er is een jurist die de vereniging bijstaat in de opstelling van de statuten. Tegen het ontstaan van nieuwe formele of informele machtsposities wordt gewaakt door functies te laten rouleren: de mensen in het register van de Kamer van |Koophandel voeren in de praktijk de functies niet uit, die rouleren. Wel heeft de vereniging op dit moment de penningmeester en de financieringscommissie volmachten gegeven om voor de financiering van de vereniging en het centrum regelingen te treffen.

De vereniging ontwikkelt zich nu voorwaarts. Er is voorlopig een cultuur van controle dat er op het punt van groepsvorming vab specialisaties geen fouten worden gemaakt. De verhouding tussen organisatie en vrijheid lijkt in evenwicht omdat er zoveel ruimte lijkt te zijn voor initiatieven. En zo eindigt de bijeenkomst in een optimistische stemming in de hoop dat die door de hele anarchistische beweging zal worden gedeeld.

De kampeerdersvereniging, officieel Vereniging tot Vrijheidsbezinning geheten, had een stand waarin zij nog voorlichting kon geven, donaties kon verzamelen en obligaties kon uitschrijven.

Verslag; Jan Bervoets